Spierbevangen

Weergaven
Spierbevangen

Spierbevangenheid bij paarden | Ook wel Tying up of maandagziekte

Spierbevangenheid (ook bekend onder de noemer tying-up of maandagziekte) is een aandoening waarbij de spierstofwisseling is verstoord. Dit zorgt voor plotselinge (ernstige) verzuring van de achterhandspieren. Met name de broek, lenden, kruis en rugspieren zijn hier het meest vatbaar voor. Door de aanmaak van teveel melkzuur in de spiercellen kunnen deze dusdanig uitzetten waardoor de bloedvaten in de spieren worden afgekneld. Wanneer de spiercellen lang worden afgekneld zullen deze afsterven. De afvalstoffen: spierenzymen en myoglobine komen in het bloed terecht.

Wat is de oorzaak van spierbevangenheid?

Oorzaken van spierbevangenheid kunnen te maken hebben met de volgende aanleidingen:

• Een disbalans tussen de inname van voedingsstoffen ten opzichte van de verrichte arbeid. Paarden die op rust hebben gestaan, zonder aangepast rantsoen lopen extra risico spierbevangen te raken zodra ze weer in het werk komen.
• Overbelasting van jonge/ ongetrainde paarden. Door een jong of ongetraind paard te overvragen kunnen de spieren hierdoor ernstig verzuren, met afbraak tot gevolg.
• Een ongeluk of lange (zware) reis. Hierdoor kunnen de spieren overbelast zijn waardoor deze ernstig zijn verzuurd.
• Uitdroging, of een verstoorde balans in de electrolyten huishouding in het paard.

Hoe herken je een paard met spierbevangenheid?

Spierbevangenheid is te herkennen aan stram/ niet willen lopen, stijfheid en korte passen. De bovengenoemde spieren kunnen opgezet zijn, en zijn pijnlijk bij het paard. Bij een ernstige vorm van spierbevangenheid zal het paard ernstig zweten (uiting van pijn), de hartslag en ademhaling gaan omhoog en het paard wil niet meer bewegen. Als het paard ligt wil of kan het niet meer opstaan en blijft daardoor lang liggen. Bij spierbevangenheid kan de urine donker verkleuren, door de myoglobine dat in het bloed is gekomen. De slijmvliezen kunnen hierdoor ook rood verkleurd zijn.

In de beginfase van de spierbevangenheid kunnen de symptomen lijken op die van een koliek of hoefbevangenheid, doordat zij schrapen en niet meer willen lopen. Het is daarom belangrijk goed het management van het paard in de gaten te houden, en rekening te houden met de gedane arbeid van de voorgaande dagen. Het is echter van groot belang het verschil op te merken. Een paard met tekenen van hoefbevangenheid zal niet snel aan het stappen worden gezet, met koliek gevallen wil men dit wel vaak doen. Echter, bij een spierbevangen paard kan iedere vorm van beweging verdere schade toebrengen aan de al beschadigde spieren.

Hoe moet je handelen als je paard wordt verdacht van spierbevangenheid?

Als je vermoed dat je paard spierbevangen is, moet het paard rust krijgen, en niet aan het lopen worden gehouden, om verdere schade aan de spieren te voorkomen. De spieren van de achterhand moeten worden warm gehouden met dekens. Eventueel een laag stro onder de deken kan helpen om de warmte goed te isoleren. Omdat spierbevangenheid altijd een spoedgeval is, dient zo spoedig mogelijk een dierenarts te worden ingeschakeld. Die zal onder andere door middel van een bloedmonster kunnen vaststellen hoe erg de schade aan de spieren is. In het bloed zal het aantal spierenzymen worden gemeten. Afhankelijk van de ernst van de schade moet een paard langer of korter revalideren. Aan de hand van dit onderzoek moet het paard op rust om de spieren de kans te geven zich te herstellen. Dit kan in combinatie met pijnstillers. Het is van essentieel belang dat het paard in het herstel niet wordt overvoerd (d.w.z.: geen tot nauwelijks krachtvoer). Herstel kan enkele weken duren, het is daarom belangrijk het paard niet te snel weer te gaan trainen.

Wat kun je doen om spierbevangenheid te voorkomen?

Voorkomen is altijd beter dan genezen, zeker in het geval van spierbevangenheid. Het is erg pijnlijk voor het paard, en het herstel duurt vaak lang. Het is daarom belangrijk om op de volgende punten te letten:
• Pas het rantsoen aan aan de arbeid dat het paard verricht. In periodes van rust geen tot weinig krachtvoer geven.
• Geef paarden, in geval van een rustdag, bij voorkeur weidegang (maar minimaal stapwerk). Een hele dag boxrust kan ervoor zorgen dat het paard eerder spierbevangen raakt.
• Bouw een training goed op. Overvraag ongetrainde paarden niet. Let hierbij goed op de signalen dat het paard afgeeft.
• Per training is het belangrijk een goede warming-up en cooling-down te geven. Dit zorgt ervoor dat het aangemaakte melkzuur kan worden afgevoerd voordat het paard weer op stal komt te staan.
• Gevoelige paarden kunnen baat hebben bij het bijvoeren van een supplement tegen verzuring, zoals Neutradex, Lactanase (poeder of pasta), Lactaplus, Tye Gard, Neutracid of Neutrolene.

© 2024 DocHorse. All Rights Reserved.